Bijschriften gebruiken
In tekstdocumenten kunt u opeenvolgend genummerde bijschriften aan afbeeldingen, tabellen, frames en tekenobjecten toevoegen.
U kunt de tekst en nummerreeksen voor verschillende typen bijschriften bewerken.
Wanneer u een bijschrift aan een afbeelding of object toevoegt, worden het object en de bijschrifttekst samen in een nieuw frame geplaatst. Wanneer u een bijschrift aan een tabel toevoegt, wordt de bijschrifttekst als een alinea naast de tabel ingevoegd. Wanneer u een bijschrift aan een frame toevoegt, wordt de bijschrifttekst aan de tekst binnen het frame toegevoegd, vóór of achter de bestaande tekst.
Wilt u zowel het object als het bijschrift verplaatsen, dan versleept u het frame dat deze items bevat. Als u de bijschriftnummering wilt bijwerken nadat u het frame hebt verplaatst, drukt u op F9.
Ga als volgt te werk om een bijschrift te definiëren:
-
Selecteer het item waaraan u een bijschrift wilt toevoegen.
-
Kies Invoegen - Bijschrift.
-
Selecteer de gewenste opties en klik dan op . U kunt desgewenst ook andere tekst in het vak invoeren, bijvoorbeeld .
U kunt bijschrifttekst rechtstreeks in het document bewerken.
Een bijschrift wordt opgemaakt met het alinea-opmaakprofiel dat overeenkomt met de naam van de categorie van het bijschrift. Als u bijvoorbeeld het bijschrift "Tabel" invoegt, wordt het alinea-opmaakprofiel "Tabel" op de tekst van het bijschrift toegepast.
LibreOffice kan automatisch een bijschrift toevoegen wanneer u een object, afbeelding, frame of tabel invoegt. Kies LibreOffice - VoorkeurenExtra - Opties - LibreOffice Writer - Automatische bijschriften.