Positie grootte

Specificeert de grootte en de positie van de geselecteerde afbeelding, frame of OLE-object op een pagina.

Om toegang te krijgen tot deze functie..

Op de Menubalk:

Kies Opmaak - Afbeelding - Eigenschappen - tabblad Positie en grootte.

Kies Opmaak - Frame en object - Eigenschappen - tabblad Positie en grootte.

Kies Beeld - Opmaakprofielen - Frame-opmaakprofielen - open het contextmenu Nieuw/Opmaakprofiel bewerken - Beheren (tabblad).

Kies Invoegen - Frame - Frame - tabblad Positie en grootte.

In het contextmenu:

Kies Eigenschappen - Positie en grootte (tabblad).

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

In het menu Afbeelding van het tabblad Afbeelding, kies Eigenschappen - Positie en grootte (tabblad).

In het menu Object van het tabblad Object, kies Eigenschappen- Positie en grootte (tabblad).

Vanaf het toetsenbord:

F4, then Position and Size tab.

Vanuit de Statusbalk:

Klik in het gebied Geselecteerde objectgrootte, Positie en grootte (tabblad).


Grootte

Breedte

Voer de gewenste breedte in voor het geselecteerde object.

Relatief

Berekent de breedte van het geselecteerde object als percentage van de breedte van het paginatekstgebied.

Relatieve breedteverhouding

Beslist wat 100% breedte betekent: ofwel tekstgebied (exclusief marges) of de hele pagina (inclusief marges).

Hoogte

Voer de gewenste hoogte in voor het geselecteerde object.

Relatief

Berekent de hoogte van het geselecteerde object als percentage van de hoogte van het paginatekstgebied.

Relatie tot de relatieve hoogte

Beslist wat 100% hoogte betekent: ofwel tekstgebied (exclusief marges) of de hele pagina (inclusief marges).

Verhoudingen behouden

Behoudt de hoogte- en breedteverhouding wanneer u de breedte of hoogte wijzigt.

Oorspronkelijke grootte

Zet de grootte-instellingen van het geselecteerde object op de oorspronkelijke waarden terug.

note

Deze optie is niet beschikbaar voor frames.


Automatisch

Past automatisch de breedte of hoogte van een frame aan de inhoud van het frame aan. U kunt desgewenst een minimumbreedte of -hoogte voor het frame specificeren.

note

De optie Automatisch is alleen beschikbaar wanneer u een frame selecteert.


Verankering

Specificeer de verankeringsopties voor het geselecteerde object of frame. De verankeringsopties zijn niet beschikbaar wanneer u het dialoogvenster via het venster Stijlen en opmaak opent.

Aan pagina

Verankert het geselecteerde aan de huidige pagina.

Aan alinea

Verankert het geselecteerde aan de huidige alinea.

Aan teken

Verankert de selectie aan een teken. Dit is de standaard voor afbeeldingen.

Als teken

Verankert het geselecteerde als teken. De hoogte van de huidige regel wordt aan de hoogte van de selectie aangepast.

Positie

Specificeer de plaats van het geselecteerde object op de huidige pagina.

Horizontaal

Selecteer de optie voor horizontale uitlijning voor het object. De selectie specificeert de positie van het object ten opzichte van het gebied of de referentielijn die is geselecteerd in de keuzelijst Naar. Deze optie is niet beschikbaar als Verankeren als teken is geselecteerd.

met

Bepaal hoeveel ruimte er moet zijn tussen de linkerrand van het geselecteerde object en het referentiepunt dat u in het vak Naar hebt geselecteerd. Deze optie is alleen beschikbaar als u "Vanaf links" selecteert in het vak Horizontaal.

naar

Selecteer het gebied of de referentielijn voor de geselecteerde optie voor horizontale uitlijning. De volgende opties zijn beschikbaar:

Houd er rekening mee dat de reeks beschikbare opties afhankelijk is van de Anker-instellingen. Het is daarom mogelijk dat niet alle hierboven genoemde opties worden weergegeven vanwege de huidige ankerkeuze.

tip

U kunt het resultaat zien van de uitlijningsopties die u selecteert in het vak Voorbeeld.


Op even pagina's spiegelen

Keert de huidige horizontale uitlijningsinstellingen op even pagina's om.

tip

U kunt ook de spiegelingsopties voor Afbeeldingen gebruiken om de lay-out van objecten op even en oneven pagina's aan te passen.


Verticaal

Selecteer de verticale uitlijningsoptie voor het object. De selectie specificeert de positie van het object ten opzichte van het gebied of de referentielijn die is geselecteerd in de keuzelijst naar.

tip

U kunt het resultaat zien van de uitlijningsopties die u selecteert in het vak Voorbeeld.


met

Voer de hoeveelheid ruimte in die moet worden vrijgelaten vanaf de bovenrand van het object naar het gebied of de referentielijn die is geselecteerd in de keuzelijst naar. Deze optie is alleen actief als de volgende combinaties van Verticaal en Anker zijn geselecteerd. Voor deze combinaties kunt u de hoeveelheid ruimte opgeven om te vertrekken:

Verticaal

Met anker

Vanaf boven

Bovenrand van geselecteerde gebied.
Positieve waarden verplaatsen het object naar beneden, negatieve waarden naar boven.

Aan pagina, Aan alinea, Aan teken of Aan frame

Vanaf onder

Geselecteerde referentielijn.
Positieve waarden verplaatsen het object naar boven, negatieve waarden naar beneden.

Aan teken of Als teken


naar

Selecteer het gebied of de referentielijn voor de verticale uitlijning. Het object kan worden gepositioneerd in relatie tot de volgende gebieden of referentielijnen:

Houd er rekening mee dat de reeks beschikbare opties afhankelijk is van de Anker-instellingen. Het is daarom mogelijk dat niet alle hierboven genoemde opties worden weergegeven vanwege de huidige ankerkeuze.

note

Als u een object aan een frame met een vaste hoogte verankert, zijn alleen de uitlijningsopties Beneden en Gecentreerd beschikbaar.


Binnen de tekstgrenzen houden

Houdt het geselecteerde object binnen de layout-grenzen van de tekst waaraan het object verankerd is. Selecteer deze optie niet als u het geselecteerde object op een willekeurige plaats in het document wilt kunnen zetten.

De optie Binnen de tekstbegrenzingen blijven is standaard geselecteerd wanneer u een document opent dat gemaakt is in een oudere versie van Writer dan OpenOffice.org 2.0. Deze optie is echter niet geselecteerd wanneer u een document maakt of wanneer u een document in Microsoft Word-indeling (*.doc) opent.

Laat het frame over pagina's splitsen

Hiermee kan het frame doorgaan op een volgende pagina als de inhoud van het frame niet meer op de huidige pagina past. De inhoud rond het frame wordt op de laatste pagina weergegeven.

Standaard is de optie Frame toestaan om over pagina's te splitsen uitgeschakeld wanneer u een tekstframe maakt in Writer. Deze optie wordt echter geselecteerd wanneer u een document opent in Microsoft Word-indeling, dat zwevende tabellen bevat.

Voorbeeldveld

Toont een voorbeeld van de huidige selectie.

De groene rechthoek staat voor het geselecteerde object en de rode rechthoek voor het uitlijningsreferentiepunt. Als u het object als teken verankert, verandert de referentierechthoek in een rode lijn.

Help ons, alstublieft!