LibreOffice 7.6 Help
Bevat opdrachten voor het aanpassen van objecten in uw document.
Roteert geselecteerde object(en).
Verdeelt drie of meer geselecteerde objecten gelijkmatig langs de horizontale as of de verticale as. U kunt de afstand tussen objecten ook gelijkmatig verdelen.
Hiermee wijst u een naam toe aan het geselecteerde object, zodat het object snel kan worden gevonden in de Navigator.
Groepeert de geselecteerde objecten, zodat zij als één object kunnen worden verplaatst.
Deelt de geselecteerde groepering in individuele objecten op.
Opent de geselecteerde groepering, zodat u de individuele objecten kunt bewerken. Als de geselecteerde groepering een geneste groepering bevat, kunt u deze opdracht voor de subgroeperingen herhalen.
Sluit de groepering af, zodat u de individuele objecten in de groepering niet meer kunt bewerken.
Hiermee worden twee of meer geselecteerde objecten tot één vorm samengevoegd. In tegenstelling tot gegroepeerde objecten nemen samengevoegde objecten de eigenschappen van het laagste object in de stapelvolgorde aan. U kunt samengevoegde objecten splitsen. De oorspronkelijke objecteigenschappen gaan dan echter verloren.
Met de opdracht Splitsen kunt u een samengevoegd object in afzonderlijke objecten opsplitsen. De resulterende objecten hebben dezelfde lijn- en vullingseigenschappen als het samengevoegde object.
Hier opent u een submenu voor het toepassen van één van drie groepsbewerkingen voor de geselecteerde veelhoeken.
Hiermee maakt u een lijn of Bézier-boog door twee of meer lijnen, Bézier-bogen of andere objecten met een lijn te verbinden. Gesloten objecten met een vulling worden naar lijnen geconverteerd en verliezen hun vulling.