Fontwork voor grafische tekstvormen

U kunt Fontwork gebruiken om grafische tekstobjecten te maken.

Een Fontworkobject maken

1. Als u de werkbalk Tekening of de werkbalk Fontwork niet ziet, kiest u Beeld - Werkbalken om de werkbalk in te schakelen.

2. Klik op de werkbalk Tekening of op de werkbalk Fontwork op het pictogram Fontwork.

   

   Fontwork

3. Selecteer in het dialoogvenster Fontworkgalerij een Fontworkstijl en klik op OK.

   Het Fontworkobject wordt in uw document ingevoegd. Fontworkobjecten zijn aangepaste vormen. Met de werkbalk 3D-instellingen kunt u de weergave op elk gewenst moment wisselen van 2D naar 3D en terug.

4. Dubbelklik op het object om tekstbewerkingsmodus te activeren.

5. Vervang de standaard Fontworktekst met uw eigen tekst.

6. Druk op Esc om de bewerkingsmodus te beëindigen.

Zo bewerkt u een Fontworkobject:

1. Klik op het Fontworkobject. Als het Fontworkobject op de achtergrond is ingevoegd, houdt u de toets ingedrukt als u klikt.

   De werkbalk Fontwork wordt weergegeven. Als u de werkbalk Fontwork niet ziet, kiest u Beeld - Werkbalken - Fontwork.

2. Klik op een pictogram op de werkbalk Fontwork.

   De volgende pictogrammen zijn beschikbaar:

• Fontwork - opent het dialoogvenster Fontworkgalerij,

• Fontworkvormen - voegt een vorm toe,

• Gelijke tekenhoogtes - verandert de hoogte van tekens,

• Uitlijnen - lijnt de tekst uit,

• Tekenafstand - verandert de tekenafstand en -spatiëring.

Zo kunt u meer Fontworkattributen bewerken:

1. Klik op het Fontworkobject. Als het Fontworkobject op de achtergrond is ingevoegd, houdt u de toets ingedrukt als u klikt.

2. Selecteer de eigenschappen op de werkbalk Eigenschappen tekenobjecten. U kunt de lijndikte, lijnkleur, opvulkleur, vlakvulling en meer wijzigen.