LibreOffice 7.3 Help
De Rapportontwerper is een hulpmiddel om uw eigen databaserapporten te maken. Anders dan met de Assistent Rapportkunt u, door de Rapportontwerper te gebruiken, zelf het ontwerp van het rapport bepalen. Het gemaakte rapport is een Writer-document dat u ook kunt bewerken.
Om de 'Report Builder' te gebruiken, moet het 'Report Builder' component geïnstalleerd worden. Daarnaast moet de Java Runtime Environment (JRE) software worden geïnstalleerd en deze software moet worden geselecteerd in LibreOffice.
De Rapportontwerper vereist dat de Java Runtime Environment (JRE) geïnstalleerd is.
Kies LibreOffice - Voorkeuren Extra - Opties - LibreOffice - Geavanceerd.
Wacht ongeveer een minuut, terwijl LibreOffice gegevens verzamelt over geïnstalleerde Java-software op uw systeem.
Als een recente JRE-versie op uw systeem wordt gevonden, verschijnt dit item in de lijst.
Klik op het keuzerondje voor het item om deze JRE-versie in te schakelen voor gebruik in LibreOffice.
Zorg ervoor dat Een Java runtime environment gebruiken is ingeschakeld.
Indien er geen JRE-versie op uw systeem wordt gevonden, opent u uw webbrowser en download de JRE-software van http://www.java.com . Installeer de JRE-software. Start dan LibreOffice opnieuw en open LibreOffice - VoorkeurenExtra - Opties -LibreOffice - Nogmaals Geavanceerd.
Open een Basebestand of maak een nieuwe database. De database moet ten minste één tabel bevatten, met ten minste één gegevensveld en een veld voor de primaire sleutel.
Klik op het pictogram Rapporten in het venster Base en kies dan Rapport maken in ontwerpweergave.
Het venster Rapportontwerper wordt geopend.
De Rapportontwerper is verdeeld in drie delen. Bovenaan ziet u het menu met de werkbalken eronder.
Rechts ziet u het venster Eigenschappen met de waarden voor de eigenschappen van het huidige geselecteerde object.
Het linkergedeelte van het venster Rapportontwerper toont de Rapportontwerpweergave. De Rapportontwerper is van boven naar beneden standaard verdeeld in drie secties:
Paginakoptekst - sleep besturingselement-velden met vaste tekst in het gebied Paginakoptekst
Detail - sleep databasevelden in het gebied Detail en zet ze daar neer
Paginavoettekst - sleep besturingselement-velden met vaste tekst in het gebied Paginavoettekst
Om een extra Rapportkoptekst en Rapportvoettekst-gebied in te voegen, kiest u . Deze gebieden bevatten tekst die aan het begin en het einde van het hele rapport wordt weergegeven.
Klik op het pictogram "-" vóór een gebiedsnaam om dat gebied samen te vouwen tot één regel in de Rapportontwerpweergave. Het pictogram "-" verandert in een "+" en u kunt daar op klikken om het gebied opnieuw uit te vouwen.
U voegt databasevelden in door ze in het gebied Detail te slepen en neer te zetten. Zie de sectie "Velden in het rapport invoegen" hieronder.
Als aanvulling kunt u op de pictogrammen Labelveld of Tekstvak op de werkbalk klikken en een rechthoek in de gebieden van de kop- of voettekst van de pagina slepen om een tekst te definiëren die op alle pagina's hetzelfde is. U voert de tekst in in het tekstvak Label of het overeenkomende venster Eigenschappen. U kunt ook afbeeldingen toevoegen door het pictogram Afbeeldingen te gebruiken.
Verplaats de muis naar de weergave Eigenschappen. U ziet twee tabbladen: Algemeen en Gegevens.
Klik op Inhoud op de tab Gegevens om de keuzelijst met invoervak te openen.
Selecteer de tabel waarvan u het rapport wilt maken.
Druk op de Tab-toets om het vak Inhoud te verlaten na het selecteren van de tabel.
Het venster Velden toevoegen aan rapport wordt automatisch geopend en toont alle velden van de geselecteerde tabel.
>
>
Het rapport is klaar om uitgevoerd te worden als de velden in de Detailweergave zijn ingevoegd.
Klik op het pictogram Rapport uitvoeren op de werkbalk.
Een Writer-document wordt geopend en geeft het rapport weer dat u heeft gemaakt en dat alle waarden bevat van de databasetabel die u heeft ingevoegd.
Als de inhoud van de database werd gewijzigd, voert u het rapport opnieuw uit om de resultaten in het rapport bij te werken.
Bepaal eerst of u het gemaakte rapport, dat een statisch Writer-document is, wilt bewerken of dat u de Rapportontwerpweergave wilt bewerken en dan een nieuw rapport wilt maken, gebaseerd op het nieuwe ontwerp.
Het Writer-document wordt als alleen-lezen geopend. Als u het Writer-document wilt bewerken, klikt u op Document bewerken op de informatiebalk of kiest u Bewerken - Bewerkingsmodus.
U kunt de rapportontwerpweergave wijzigen door enkele van de eigenschappen te bewerken.
Klik in het gebied Details. Wijzig dan in het venster Eigenschappen enkele eigenschappen, bijvoorbeeld de achtergrondkleur.
Klik, nadat u klaar bent, op het pictogram Rapport uitvoeren om een nieuw rapport te maken.
Wanneer u de Rapportontwerper sluit, zal u gevraagd worden of het rapport moet worden opgeslagen. Klik op Ja, geeft het rapport een naam en klik op OK.
Zonder sorteren of groeperen zullen de records in het rapport worden ingevoegd in de volgorde waarop zij werden opgehaald uit de database.
Open de Rapportontwerpweergave en klik op het pictogram Sorteren en groeperen op de werkbalk. U ziet het dialoogvenster Sorteren en groeperen.
Klik in het vak Groepen op het veld dat u wilt als eerste sorteerveld wilt gebruiken en stel de eigenschap Sorteren in.
Het rapport uitvoeren.
Open de Rapportontwerpweergave en klik op het pictogram Sorteren en groeperen op de werkbalk. U ziet het dialoogvenster Sorteren en groeperen.
Open in het vak Groepen de keuzelijst Groepkoptekst en selecteer daar om een groepkoptekst te tonen.
Klik op het pictogram Veld toevoegen om het venster Veld toevoegen te openen.
Sleep het velditem dat u wilt groeperen in de sectie Groepkoptekst en laat het daar vallen. Sleep vervolgens de resterende velden in de sectie Detail en laat ze daar vallen.
Het rapport uitvoeren. Het rapport toont de gegroepeerde records.
Als u wilt sorteren en groeperen, opent u de Rapportontwerpweergave, open vervolgens het dialoogvenster Sorteren en groeperen. Laat een groepkoptekst tonen voor de velden die u wilt groeperen en laat de groepkoptekst verbergen voor de velden die u gesorteerd wilt hebben. Sluit het venster Sorteren en groeperen en voer het rapport uit.
Als u nieuwe gegevens invoegt of de gegevens in de tabel bewerkt, zal een nieuw rapport de bijgewerkte gegevens laten zien.
Klik op het pictogram Rapporten en dubbelklik op het rapport dat u als laatste opgeslagen hebt. Een nieuw Writer-document zal worden gemaakt met daarin de laatste gegevens.
Kies
in het Writer-document om een rapport af te drukken.