Filters toepassen

Filters en speciale filters stellen u in staat om alleen bepaalde rijen (records) van een databasebereik zichtbaar te maken. In de werkbladen van LibreOffice zijn er verschillende mogelijkheden om filters toe te passen.

  1. Een mogelijkheid van de AutoFilter functie is om snel de weergave te beperken tot records met identieke invoer in een gegevensveld.

  2. In het dialoogvenster Standaardfilter kunt u bereiken definiëren die bepaalde waarden in specifieke gegevensvelden bevatten. U kunt het standaardfilter gebruiken om drie voorwaarden op te geven met ofwel de logische EN ofwel de logische OF operator.

  3. Het Speciaal filter geeft u de mogelijkheid een totaal van acht voorwaarden voor filters op te geven. Met speciale filters voert u de voorwaarden direct in het werkblad in.

Tippictogram

Om een filter te verwijderen, zodat u alle cellen weer ziet, klikt u in het gebied waar het filter werd toegepast, kies dan Gegevens - Filter - Filter verwijderen.


Notitiepictogram

Wanneer u meerdere rijen selecteert uit een gebied waarop een filter werd toegepast, dan kan deze selectie zichtbare rijen bevatten en rijen die zijn verborgen door het filter. Als u dan opmaak toepast, of de geselecteerde rijen verwijdert, dan wordt deze actie alleen toegepast op de zichtbare rijen. De verborgen rijen worden niet beïnvloed.


Notitiepictogram

Dit is het tegenovergestelde van rijen die u handmatig hebt verborgen met de opdracht Opmaak - Rijen - Rijen verbergen. Handmatig verborgen rijen worden verwijderd als u een selectie verwijdert die die rijen bevat.


Help ons, alstublieft!