Opmaakprofielen

Gebruik het paneel Stijlen en opmaak van de Zijbalk om opmaakprofielen op cellen en pagina's toe te passen. U kunt bestaande opmaakprofielen toepassen, bijwerken en aanpassen of nieuwe opmaakprofielen maken.

Het vast te zetten venster van Opmaakprofielen kan open blijven tijdens het bewerken van het document.

Zo past u een celopmaakprofiel toe:

1. Selecteer de cel of het celbereik.

2. Dubbelklik op het opmaakprofiel in het venster Stijlen en opmaak.

Geeft de lijst met beschikbare celopmaakprofielen weer.

Gietermodus

Schakelt de Gietermodus in en uit. Gebruik het verfblik om het geselecteerde opmaakprofiel in het venster Stijlen en opmaak toe te wijzen.

Zo past u een nieuw opmaakprofiel toe met de gietermodus:

1. Selecteer het gewenste opmaakprofiel in het venster Stijlen en opmaak.

2. Klik op het pictogram Gietermodus.

3. Klik op een cel om er een opmaak op toe te passen of sleep uw muis over een bepaald bereik om de opmaak op het hele bereik toe te passen. Herhaal deze actie voor andere cellen en bereiken.

4. Klik nogmaals op Gietermodus om deze modus te verlaten.

Nieuw opmaakprofiel uit selectie

Maakt een nieuw opmaakprofiel gebaseerd op de opmaak van een geselecteerd object. Wijs een naam toe voor het opmaakprofiel in het dialoogvenster Opmaakprofiel maken.

Opmaakprofiel bijwerken

Werkt het geselecteerde opmaakprofiel in het venster Stijlen en opmaak bij met de huidige opmaak van het geselecteerde object.

Lijst met opmaakprofielen

Geeft de lijst met de opmaakprofielen van de geselecteerde categorie met opmaakprofielen weer.

In het contextmenu kunt u opdrachten kiezen om een nieuw opmaakprofiel te maken, een door de gebruiker gedefinieerd opmaakprofiel te verwijderen of de geselecteerd opmaakprofiel te wijzigen.

Groepen opmaakprofielen

Lijst met beschikbare groepen opmaakprofielen.