Menu Extra

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective.

Vanuit de werkbalken:

Detective

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective - Voorgangers opsporen.

In het contextmenu:

Terwijl Opvulmodus actief is, kiest u Voorgangers opsporen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Extra - Voorgangers opsporen.

In het menu Extra van het tabbad Extra, kies Voorgangers opsporen.

Vanuit de werkbalken:

Voorgangers opsporen

Vanaf het toetsenbord:

Shift+F9

Menu Extra - Taal - Woordafbreking.

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective - Voorgangers verwijderen.

In het contextmenu:

Met Opvulmodus actief, kies Voorgangers verwijderen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Extra - Voorgangers verwijderen.

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Voorgangers verwijderen.

Vanuit de werkbalken:

Voorgangers verwijderen

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective - Voorgangers opsporen.

In het contextmenu:

Met Opvulmodus actief, kies Afhankelijkheden opsporen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Extra - Afhankelijkheden opsporen.

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Afhankelijkheden opsporen.

Vanuit de werkbalken:

Afhankelijkheden opsporen

Vanaf het toetsenbord:

Shift+F5

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective - Afhankelijkheden verwijderen.

In het contextmenu:

Met Opvulmodus actief, kies Afhankelijkheden verwijderen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Extra - Afhankelijkheden verwijderen.

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Afhankelijkheden verwijderen.

Vanuit de werkbalken:

Afhankelijkheden verwijderen

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective - Alle sporen verwijderen.

In het contextmenu:

Met Opvulmodus actief, kies Alle sporen verwijderen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Alle sporen verwijderen.

Vanuit de werkbalken:

Alle sporen verwijderen

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective - Fout opsporen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Extra - Fout opsporen.

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Fout opsporen.

Vanuit de werkbalken:

Fout opsporen

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective - Opvulmodus.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Extra - Opvulmodus.

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Opvulmodus.

Vanuit de werkbalken:

Opvulmodus

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective - Ongeldige gegevens markeren.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Extra - Ongeldige gegevens markeren.

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Ongeldige gegevens markeren.

Vanuit de werkbalken:

Ongeldige gegevens markeren

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective - Sporen vernieuwen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Sporen vernieuwen.

Op de Menubalk:

Kies Extra - Detective - Automatisch vernieuwen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Automatisch vernieuwen.

Op de Menubalk:

Kies Extra - Doel zoeken.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Extra - Doel zoeken.

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Doel zoeken.

Vanuit de werkbalken:

Doel zoeken

Op de Menubalk:

Kies Extra - Oplosser.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Extra - Oplosser.

In het menu Extra van het tabblad Extra, kies Oplosser.

Vanuit de werkbalken:

Oplosser

Kies Extra - Oplosser, knop Opties.

Op de Menubalk:

Kies Extra - Scenario's.

Op de Menubalk:

KiesExtra - Formulieren.

Op de Menubalk:

KiesExtra - Deel werkblad

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Beoordelen - Werkblad delen.

Vanuit de werkbalken:

Werkblad delen

Kies Extra - Blad beveiligen.

Op de Menubalk:

Kies Extra - Werkblad beveiligen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Beoordelen - Werkbladstructuur beveiligen.

Vanuit de werkbalken:

Werkbladstructuur beveiligen

Kies - LibreOffice Calc - Formule.

Op de Menubalk:

Kies Extra - AutoInvoer.