Menu Invoegen

Op de Menubalk:

Kies Invoegen - Kop- en voetteksten.

Kies Opmaak - Pagina-opmaakprofiel - Koptekst (of Voettekst) (tabblad), druk op Bewerken.

Kies Opmaakprofielen - Opmaakprofielen beheren - Pagina-opmaakprofielen, open het contextmenu van het pagina-opmaakprofiel, kies Opmaakprofiel bewerken - Koptekst (of Voettekst) (tabblad), druk op Bewerken.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Indeling - Kop- en voettekst.

Kies Indeling - Pagina opmaken - Koptekst (of Voettekst) (tabblad), druk op Bewerken.

In het menu Invoegen van het tabblad Invoegen, kies Kop- en voetteksten.

Vanuit de werkbalken:

Kop- en voetteksten

Op de Menubalk:

Kies Invoegen - Veld.

Kies Invoegen - Veld - Datum.

Kies Invoegen - Veld - Bladnaam.

Kies Invoegen - Veld - Documenttitel.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Invoegen - Veld.

Kies Invoegen - Veld - Datum.

Kies Invoegen - Veld - Bladnaam.

Kies Invoegen - Veld - Documenttitel.

Op de Menubalk:

Kies Invoegen - Tijd.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Invoegen - Veld - Tijd.

In het menu Invoegen van het tabblad Invoegen, kies Tijd.

Vanuit de werkbalken:

Tijd invoegen

Vanaf het toetsenbord:

+Shift+; (puntkomma)

Op de Menubalk:

Kies Invoegen - Datum.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Invoegen - Veld - Datum.

In het menu Invoegen van het tabblad Invoegen, kies Datum.

Vanuit de werkbalken:

Datum invoegen

Vanaf het toetsenbord:

+; (puntkomma)

Op de Menubalk:

Kies Invoegen - Sparkline.

In het contextmenu:

Kies Sparklines - Sparklines.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

In het menu Gegevens van het tabblad Gegevens, kies Sparklines - Sparklines.

Op de Menubalk:

Kies Blad - Cellen invoegen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Invoegen - Cel(len).

Vanuit de werkbalken:

Cellen invoegen

Vanaf het toetsenbord:

+"+"

Cellen invoegen, naar beneden verplaatsen

Cellen invoegen, naar rechts verplaatsen

Rijen invoegen

Kolommen invoegen

Op de Menubalk:

Kies Blad - Blad invoegen vanaf bestand.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Invoegen - Blad - Uit bestand.

In het menu Invoegen van het tabblad Invoegen, kies Blad uit bestand invoegen.

Vanuit de bladnavigatiebalk:

Kies Blad invoegen - Uit bestand.

Vanuit de werkbalken:

Blad uit bestand invoegen

Op de Menubalk:

Kies Invoegen - Functie.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

In het menu Invoegen van het tabblad Invoegen, kies Functie.

Vanuit de werkbalken:

Functie-assistent

Vanaf het toetsenbord:

+F2

Invoegen - Functie - Categorie Database

Invoegen - Functie - Categorie Datum en tijd

Invoegen - Functie - Categorie Financieel

Invoegen - Functie - Categorie Informatie

Invoegen - Functie - Categorie Logische

Invoegen - Functie - Categorie Wiskunde

Invoegen - Functie - Categorie Matrix

Invoegen - Functie - Categorie Statistiek

Invoegen - Functie - Categorie Tekst

Invoegen - Functie - Categorie Werkblad

Invoegen - Functie - Categorie Addin

Op de Menubalk:

Kies Invoegen - Benoemd bereik of uitdrukking.

Kies Blad - Benoemd bereik of expressie

Op de Menubalk:

Kies Blad - Externe koppelingen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Gegevens - Externe koppelingen.

Vanuit de werkbalken:

Externe koppelingen

Op de Menubalk:

Kies Blad - Benoemde bereiken en expressies - Beheren.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Invoegen - Namen beheren.

Kies Gegevens - Namen beheren.

In het menu Invoegen van het tabblad Invoegen, kies Beheren.

Vanuit de werkbalken:

Namen beheren

Vanaf het toetsenbord:

+F3

Andere

In de keuzelijst Naamvak van de Formulebalk, selecteer Namen beheren.

Op de Menubalk:

Kies Blad - Benoemde bereiken en uitdrukkingen - Definieer.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

Kies Invoegen - Naam definiëren.

Kies Gegevens - Naam definiëren.

In het menu Invoegen van het tabblad Invoegen, kies Definiëren.

Vanuit de werkbalken:

Naam definiëren

Andere

Voer, in het Naamvak van de Formulebalk, een naam in voor de geselecteerde cellen bereik en druk op Enter.

Op de Menubalk:

Kies Invoegen - Benoemde bereiken en expressies.

Kies Blad - Benoemde bereiken en uitdrukkingen - Invoegen.

Vanuit de gebruikersinterface met tabbladen:

In het menu Invoegen van het tabblad Invoegen, kies Benoemde bereiken en expressies.

Op de Menubalk:

Kies Blad - Benoemde Bereiken en uitdrukkingen - Maken.

Op de Menubalk:

Kies Blad - Benoemde Bereiken en uitdrukkingen - Labels.