GetalOpmaak [VBA]

Retourneert een numerieke expressie die is opgemaakt als een getal.

Deze constante, functie of object, is ingeschakeld met de instructie Option VBASupport, geplaatst voor het uitvoerbare programmacode in een module.

Syntaxis:


        FormatNumber( expression As Variant, [numDigitsAfterDecimal As Integer], [includeLeadingDigit As Integer], _
            [useParensForNegativeNumbers As Integer], [groupDigits As Integer] ) As String

Geretourneerde waarde:

String

Parameters:

expression: Vereist. Een numerieke expressie die moet worden opgemaakt. Als de expression een tekenreeks is, moeten het scheidingsteken voor decimalen en duizendtallen worden gelokaliseerd.

numDigitsAfterDecimal: Optioneel. Een numerieke waarde die het gewenste aantal decimalen aangeeft. Indien weggelaten, wordt standaard de waarde -1 gebruikt, wat betekent dat de standaardinstelling van de gebruikersinterface (locale) moet worden gebruikt.

includeLeadingDigit: Optioneel. Een vbTriState waarde die aangeeft of er een nul moet worden geplaatst voor een getal met decimalen.

vbTrue or -1: toon een voorloopnul.
vbFalse or -1: toon geen voorloopnullen.
vbUseDefault of -2: Gebruik de locale instellingen van de gebruikersinterface. Dit is de standaard wanneer weggelaten.

useParensForNegativeNumbers: Optioneel. Een vbTriState waarde die aangeeft of een negatief getal tussen haakjes moet worden getoond.

vbTrue or -1: Gebruik haakjes voor negatieve getallen.
vbFalse or 0: toon geen haakjes.
vbUseDefault of -2: Hetzelfde als vbFalse. Dit is de standaard wanneer weggelaten.

groupDigits: Optioneel. Een vbTriState waarde die aangeeft of een getal moet worden getoond met duizendtallen enz. dit met het scheidingsteken dat daarvoor is aangegeven in de landinstellingen van het systeem.

vbTrue or -1: groepeer de cijfers.
vbFalse or 0: groepeer de cijfers niet.
vbUseDefault of -2: Hetzelfde als vbFalse. Dit is de standaard wanneer weggelaten.

Foutcodes:

13 Gegevenstypen komen niet overeen

Voorbeeld:


        Sub TestFormatNumber
        testName = "Test 1: positive, 2 decimals"
        str2 = "12.20"
        str1 = FormatNumber("12.2", 2, vbFalse, vbFalse, vbFalse)
        msgbox( "FormatNumber returned: " + str1 + ", Expected: " + str2)

        testName = "Test 2: negative, 20 decimals, use leading zero"
        str2 = "-0.20000000000000000000"
        str1 = FormatNumber("-.2", 20, vbTrue, vbFalse, vbFalse)
        msgbox( "FormatNumber returned: " + str1 + ", Expected: " + str2)

        testName = "Test 3: negative, 20 decimals, no leading zero"
        str2 = "-.20000000000000000000"
        str1 = FormatNumber("-0.2", 20, vbFalse, vbFalse, vbFalse)
        msgbox( "FormatNumber returned: " + str1 + ", Expected: " + str2)

        testName = "Test 4: negative, no leading zero, use parens"
        str2 = "(.20)"
        str1 = FormatNumber("-0.2", -1, vbFalse, vbTrue, vbFalse)
        msgbox( "FormatNumber returned: " + str1 + ", Expected: " + str2)

        testName = "Test 5: negative, default leading zero, use parens"
        str2 = "(0.20)"
        str1 = FormatNumber("-0.2", -1, vbUseDefault, vbTrue, vbFalse)
        msgbox( "FormatNumber returned: " + str1 + ", Expected: " + str2)

        testName = "Test 6: group digits"
        str2 = "-12,345,678.00"
        str1 = FormatNumber("-12345678", -1, vbUseDefault, vbUseDefault, vbTrue)
        msgbox( "FormatNumber returned: " + str1 + ", Expected: " + str2)
        End Sub

VBA rekenkundige functies