Index

De volgende opties zijn beschikbaar wanneer u Tabellenregister als het indextype selecteert.

Om toegang te krijgen tot deze functie..

Kies Invoegen - Inhoudsopgave en index - Inhoudsopgave, index of woordenlijst - Type tabblad (als Tabellenregister het geselecteerde type is)


Type en titel

Kies het type en de titel van de index.

Type

Selecteer het indextype dat u wilt invoegen. De beschikbare opties op dit tabblad zijn afhankelijk van het indextype dat u kiest. Als de cursor in een index staat als u Invoegen - Inhoudsopgaven en registers – Inhoudsopgaven, index of woordenlijst kiest, kunt u die index bewerken.

Titel

Voer een titel in voor de geselecteerde index.

Beveiligd tegen handmatige wijzigingen

Voorkomt dat de inhoud van de index gewijzigd kan worden. Handmatige wijzigingen die u in een index maakt gaan verloren wanneer de index wordt vernieuwd. Kies - LibreOffice Writer - Opmaakhulp, en selecteer dan het keuzevak Cursor in beveiligde gebieden - Inschakelen als u met de cursor wilt scrollen door een beveiligd gebied.

Index/Inhoudsopgave samenstellen voor

Selecteer of de index voor het volledige document of voor het huidige hoofdstuk moet worden gemaakt.

Samenstellen uit

Hier wordt bepaald welke informatie gecombineerd moet worden om een index te vormen.

Bijschriften

Maakt indexitems van de objectbijschriften. Selecteer het object en kies dan Invoegen - Bijschrift om een bijschrift aan een object toe te voegen.

Categorie

Selecteer de categorie die u wilt gebruiken voor de indexitems.

Weergave

Selecteer het deel van het bijschrift dat u wilt gebruiken voor de indexitems. De volgende tabel bevat de opties die gekozen kunnen worden, gebaseerd op de bijschrifttekst: Illustratie 24: De Zon, waarbij Illustratie 24 automatisch gegenereerd is en De Zon door de gebruiker is toegevoegd.

Keuzes in de Weergave keuzelijst

Item in de index

Verwijzingen

Illustratie 24: De Zon

Categorie en nummer

Illustratie 24

Onderschrift

De Zon


Als u 'Bijschrifttekst' kiest, verschijnen de interpunctie en de spatie aan het begin van het bijschrift, niet in het indexitem.

Objectnamen

Maakt indexitems van de objectnamen. U kunt de objectnamen, bijvoorbeeld in de Navigator, zien en ze via het contextmenu veranderen.