Index

De volgende opties zijn beschikbaar wanneer u Trefwoordenregister als het indextype selecteert.

Om toegang te krijgen tot deze functie..

Kies Invoegen - Inhoudsopgave en index - Inhoudsopgave, index of woordenlijst - Type (als Alfabetische index het geselecteerde type is)


Type en titel

Kies het type en de titel van de index.

Type

Selecteer het indextype dat u wilt invoegen. De beschikbare opties op dit tabblad zijn afhankelijk van het indextype dat u kiest. Als de cursor in een index staat als u Invoegen - Inhoudsopgaven en registers – Inhoudsopgaven, index of woordenlijst kiest, kunt u die index bewerken.

Titel

Voer een titel in voor de geselecteerde index.

Beveiligd tegen handmatige wijzigingen

Voorkomt dat de inhoud van de index gewijzigd kan worden. Handmatige wijzigingen die u in een index maakt gaan verloren wanneer de index wordt vernieuwd. Kies - LibreOffice Writer - Opmaakhulp, en selecteer dan het keuzevak Cursor in beveiligde gebieden - Inschakelen als u met de cursor wilt scrollen door een beveiligd gebied.

Index/Inhoudsopgave samenstellen voor

Selecteer of de index voor het volledige document of voor het huidige hoofdstuk moet worden gemaakt.

Opties

Samenvoegen van identieke items

Vervangt identieke indexitems door één item dat de paginanummers weergeeft waar het item in het document voorkomt. De items Weergave 10, Weergave 43 worden bijvoorbeeld gecombineerd tot 'Weergave 10, 43'.

Samenvoegen met e.v.

Vervangt identieke indexitems die op dezelfde pagina of opeenvolgende pagina's staan, door één item dat het paginanummer en een "p" of "pp"weergeeft. Bijvoorbeeld de items "Weergave 10, Weergave 11, Weergave 12" worden gecombineerd als "Weergave 10 e.v.", en "Weergave 10, Weergave 11" als "Weergave 10".

Samenvoegen met -

Vervangt identieke indexitems die op opeenvolgende pagina's voorkomen, door één item en het paginabereik waar het item voorkomt. De items Weergave 10, Weergave 11 en Weergave 12 worden bijvoorbeeld gecombineerd als 'Weergave 10-12'.

Hoofdletters/kleine letters

Maakt een onderscheid tussen hoofdletters en kleine letters in identieke indexitems. Voor Aziatische talen geldt een speciale aanpak. Als u wilt dat het eerste exemplaar van het item in het document de letterkast van het item bepaalt, selecteert u Samenvoegen van identieke items.

Notitiepictogram

Selecteer Hoofdletters/kleine letters om vergelijking op meerdere niveaus voor Aziatische talen te gebruiken. Tijdens de vergelijking worden de letterkast en diakristische tekens van de items genegeerd, en worden de items alleen in hun primitieve vorm vergeleken. Als de vormen hetzelfde zijn, worden de diakritische tekens vergeleken. Zijn de vormen nog steeds hetzelfde, dan worden de letterkast, evenals de tekenbreedte en de verschillen in de Japanse Kana vergeleken.


Items automatisch met hoofdletter

Maakt automatisch van de eerste letter van een indexitem een hoofdletter.

Sleutel als extra item

Voegt indexsleutels als aparte indexitems in. Een sleutel wordt als een hoofdindexitem ingevoegd, en de items die aan de sleutel zijn toegevoegd als ingesprongen subitems.

Wilt u een indexsleutel definiëren, dan opent u het dialoogvenster Indexitem invoegen.

Concordantiebestand

Markeert indexitems automatisch met behulp van een concordantiebestand - een lijst met woorden die in een index opgenomen moeten worden.

Bestand

Selecteer, maak of bewerk een concordantiebestand.

Sorteren

Stelt de opties voor het sorteren van de indexitems in.

Taal

Selecteer de taalregels die gebruikt moeten worden voor het sorteren van de indexitems.

Sleuteltype

Selecteer 'Numeriek' wanneer u nummers op waarde wilt sorteren, zoals in 1, 2, 12. Selecteer 'Alfanumeriek' wanneer u de nummers op tekencode wilt sorteren, zoals in 1, 12, 2.