Indices en exponenten

Hier vindt u basisinformatie over indices en exponenten in LibreOffice Math. U kunt de hier beschreven voorbeelden uitproberen om u te helpen de besproken details te begrijpen. (De aanhalingstekens in deze tekst zijn alleen voor het benadrukken van de tekst en zijn geen deel van de voorbeelden.)

De index en exponent voor een teken worden boven elkaar weergegeven, links uitgevuld naar het basisteken. Voer bijvoorbeeld a_2^3 of a^3_2in. Dit kan in elke volgorde. In plaats van '_' en '^' kunt u 'sub' en 'sup' gebruiken.

Het is echter niet meer mogelijk om de volgende patronen te gebruiken

a_2_3

a^2^3

a_2^3_4

Elke sub-/superscriptpositie bij een basisteken kan slechts één keer worden gebruikt. U moet haakjes gebruiken om het gewenste resultaat aan te geven. In het volgende voorbeeld wordt dit weergegeven

a_{2_3}

a^{2^3}

a_2^{3_4}

a_{2^3}^{4_5}

Tippictogram

Anders dan andere formule-editors waar "_" en " ^ "alleen verwijzen naar het volgende teken (daarom verwijst "a_24" alleen maar naar de "2"), verwijst LibreOffice Math naar gehele getal(len)/na(a)m(en)/tekst. Als u superscript en subscript in serie wilt zetten, kan het als volgt worden geschreven: a_2{}^3 of a^3{}_2


LibreOffice Math biedt verscheidene opties om tensoren te schrijven. Aanvullend aan de notatie "R_i{}^{jk}{}_l", algemeen gebruikt in andere toepassingen, kunnen aanvullende notaties worden gebruikt, namelijk "R_i{}^jk{}_l" en "{{R_i}^jk}_l".

Super- en subscripts links van het basisteken kunnen ook rechts uitgevuld worden geschreven. De nieuwe opdrachten "lsub" en "lsup" worden gebruikt om dit te bereiken. Beide opdrachten hebben hetzelfde effect als "sub" en "sup", behalve dat zij links van het basisteken staan. Zie ook "a lsub 2 lsup 3".

De regels met betrekking tot duidelijkheid en de noodzaak om haakjes te gebruiken zijn hetzelfde. In principe kan dit worden bereikt met{}_2^3 a.

Notitiepictogram

De opdrachten "sub" en "sup" zijn ook beschikbaar als "rsub" en "rsup".


Met behulp van de opdrachten "csup" en "csub" kunt u super- en subscripts direct boven of beneden een teken schrijven. Zie ook "a csub y csup x". Combinaties van indices en exponenten samen zijn ook mogelijk: "abc_1^2 lsub 3 lsup 4 csub 55555 csup 66666".

Super- en subscripts kunnen aan de meeste unaire en binair operatoren worden verbonden. Twee voorbeelden: "a div_2 b a<csub n b +_2 h" en "a toward csub f b x toward csup f y".

Waarschuwingspictogram

Let erop dat u alle spaties overneemt bij het intypen van deze voorbeelden in het venster Opdrachten.