Aanklikbare hotspots aan afbeeldingen toevoegen

Met een ImageMap kunt u URL's koppelen aan specifieke gebieden (hotspots genaamd) op een afbeelding in uw document. Een Image Map is een groep met één of meer hotspots.

U kunt drie typen hotspots tekenen: rechthoeken, ellipsen en veelhoeken. Wanneer u op een hotspot klikt, wordt de URL geopend in het browservenster of frame dat u specificeert. U kunt ook de tekst specificeren die verschijnt wanneer uw muiscursor op de hotspot staat.

Zo voegt u een aanklikbare hotspot aan een afbeelding toe:

  1. Zet de cursor op de plaats waar u de Image Map in uw document wilt hebben.

  2. Kies Invoegen - Afbeelding, selecteer een bitmapafbeelding en voeg deze in.

  3. Selecteer de afbeelding beeld en kies Bewerken - ImageMap. U ziet de ImageMap-editor, die de afbeelding op de achtergrond weergeeft.

  4. Gebruik de pictogrammen in de ImageMap-editor om een hotspotvorm, bijvoorbeeld een rechthoek, over de afbeelding op de achtergrond te tekenen.

    U kunt de uitgebreide helptekst voor de functies van elk pictogram zien als u Uitgebreide help inschakelt in - LibreOffice - Algemeen.

  5. Voer de 'Adres'-URL in die in een webbrowser weergegeven wordt wanneer de gebruiker op de hotspot klikt.

  6. U kunt desgewenst ook de 'Tekst' invoeren die als tip wordt weergegeven wanneer de gebruiker de muisaanwijzer op de hotspot zet.

  7. Klik op de knop Toepassen om uw wijzigingen toe te passen, en sluit de ImageMap-editor.

  8. Sla het document op in de LibreOffice- of HTML-indeling.

U kunt de ImageMap bijvoorbeeld als een bestand opslaan en dat bestand naar een webserver uploaden.

ImageMap

Een ImageMap is een verwijzingsgevoelige afbeelding of tekstframe. U kunt op een gedefinieerd gebied van de afbeelding of het tekstframe klikken om naar een doel (URL) te springen dat aan dat gebied is gekoppeld. De verwijzingsgebieden, samen met de gekoppelde URL's en bijbehorende tekst die worden weergegeven wanneer de muisaanwijzer op deze gebieden wordt geplaatst, worden gedefinieerd in de ImageMap-editor.

Er zijn twee verschillende typen ImageMaps. Een ImageMap aan de clientzijde wordt geanalyseerd op de clientcomputer, waarop de afbeelding vanaf het internet geladen is, terwijl de ImageMap aan de serverzijde wordt geanalyseerd op de computer die de HTML-pagina op het internet aanbiedt. Tijdens de serveranalyse worden bij het klikken op een ImageMap de relatieve coördinaten van de cursor binnen de afbeelding naar de server verzonden, waarop vervolgens door een toegewezen programma op de server gereageerd wordt. Tijdens de clientanalyse wordt bij het klikken op een gedefinieerde hotspot van de ImageMap de URL geactiveerd, alsof het een normale tekstkoppeling is. De URL verschijnt onder de muisaanwijzer wanneer deze over de ImageMap bewogen wordt.

Aangezien ImageMaps op verschillende manieren kunnen worden gebruikt, kunnen ze in verschillende indelingen worden opgeslagen.

Indelingen voor ImageMaps

ImageMaps kunnen worden onderverdeeld in twee groepen: de ImageMaps die worden geanalyseerd op de server (uw internetprovider) en de ImageMaps die worden geanalyseerd op de webbrowser op de computer van de lezer.

ImageMaps aan serverzijde

ImageMaps aan de serverzijde verschijnen voor de lezer als een afbeelding of frame op de pagina. Klik met de muis op de ImageMap, waarna de coördinaten van de relatieve positie naar de server worden verzonden. Met behulp van een extra programma wordt op de server bepaald wat de volgende stap is. Er zijn verschillende niet-compatibele methoden om deze verwerking te definiëren, de twee meest gebruikelijke zijn:

LibreOffice maakt voor beide methoden ImageMaps. Selecteer de indeling in de keuzelijst Bestandstype van het dialoogvenster Opslaan als in de ImageMap-editor. Er worden afzonderlijke Map-bestanden gemaakt die u moet uploaden naar de server. U moet uw provider of netwerkbeheerder vragen welk type ImageMap wordt ondersteund door de server en hoe u toegang krijgt tot het evaluatieprogramma.

ImageMaps aan clientzijde

Het gebied van de afbeelding of frame waar de lezer kan klikken wordt aangegeven bij het verschijnen van de gekoppelde URL als de muis over het gebied wordt bewogen. De ImageMap is opgeslagen in een laag onder de afbeelding en bevat informatie over de gebieden waarnaar verwezen wordt. Het enige nadeel van Client Side ImageMaps is dat oudere webbrowsers ze niet kunnen lezen; een nadeel dat echter in de loop van de tijd vanzelf verdwijnt.

Bij het opslaan van de ImageMap selecteert u het bestandstype SIP - StarView ImageMap. Hiermee wordt de ImageMap rechtstreeks opgeslagen in een indeling die op elke actieve afbeelding of elk actief frame in het document kan worden toegepast. Als u de ImageMap echter alleen wilt gebruiken voor de huidige afbeelding of het huidige tekstframe, hoeft u deze niet in een speciale indeling op te slaan. Na het definiëren van de gebieden klikt u eenvoudig op Toepassen. Meer is niet nodig. ImageMaps aan de clientzijde die zijn opgeslagen in de HTML-indeling, worden direct in HTML-code op de pagina ingevoegd.