De Filter-navigator gebruiken
Als u verschillende filtervoorwaarden wilt verbinden met Booleaans OF, klikt u op het pictogram Filternavigatie op de filterbalk. Het venster Filter-navigator verschijnt.
De filtervoorwaarden die zijn ingesteld, verschijnen in de Filter-navigator. Zodra er een filter is ingesteld, ziet u een leeg filteritem onder aan de Filter-navigator. U kunt dit item selecteren door op het woord 'Of' te klikken. Hebt u het lege filteritem geselecteerd, dan kunt u aanvullende filtervoorwaarden in het formulier invoeren. Deze voorwaarden worden via Booleaans OF aan de eerder gedefinieerde voorwaarden gekoppeld.
Het contextmenu kan voor elk item in de Filter-navigator worden opgeroepen. U kunt in dit gedeelte de filtervoorwaarden direct als tekst bewerken. Als u wilt controleren of een veld inhoud heeft, kunt u de filtervoorwaarden 'leeg' (SQL:"Is null") of 'niet leeg' (SQL: "Is not null") gebruiken. U kunt ook het contextmenu gebruiken om het item verwijderen.
U kunt filtervoorwaarden verplaatsen in de Filter-navigator met slepen en neerzetten, of door de toetsen CommandCtrl+Alt+pijl omhoog of CommandCtrl+Alt+pijl omlaag te gebruiken. Sleep ze met ingedrukte CommandCtrl-toets om filtervoorwaarden te kopiëren.