Berekeningen uitvoeren met formules

Alle formules beginnen met een "is gelijk"-teken. De formules mogen getallen, tekst, rekenkundige operatoren, logische operatoren of functies bevatten.

Tippictogram

Onthoudt dat de rekenkundige basisoperatoren (+, -, *, /) in formules kunnen worden gebruikt met inachtneming van de regel "Vermenigvuldiging en deling vóór optellen en aftrekken". In plaats van =SOM(A1:B1) te typen kunt u ook =A1+B1 typen.


Tippictogram

Er kunnen ook haakjes gebruikt worden. De formule =(1+2)*3 geeft een ander resultaat dan =1+2*3.


Hier zijn enkele voorbeelden van LibreOffice Calc-formules:

=A1+10

Toont de inhoud van cel A1 plus 10.

=A1*16%

Geeft 16% van de inhoud van A1 weer.

=A1 * A2

Toont het resultaat van de vermenigvuldiging van A1 en A2.

=AFRONDEN(A1;1)

Geeft de inhoud van cel A1 weer, afgerond op één decimale plaats.

=EFFECT.RENTE(5%;12)

Berekent de effectieve rente voor 5% jaarlijkse nominale rente met 12 betalingen per jaar.

=B8-SOM(B10:B14)

Berekent B8 min de som van de cellen B10 tot B14.

=SOM(B8;SOM(B10:B14))

Berekent de som van de cellen B10 tot B14 en voegt de waarde aan B8 toe.


Functies kunnen ook in formules genest worden (zie voorbeeld). U kunt ook functies in functies nesten. De Functie-Assistent kan u helpen bij het nesten van functies