Put-instructie

Schrijft een record naar een relationeel bestand of een reeks van bytes naar een binair bestand.

Zie ook: Get-instructie

Syntaxis:

Put [#] FileNumber As Integer, [position], Variable

Parameters:

Bestandsnummer: Elke integer die het bestand definieert waarnaar moet worden geschreven.

Positie: Voor relationele bestanden (Random-toegang bestanden) het nummer van de record die moet worden geschreven.

Voor binaire bestanden (Binary-toegang) de bytepositie in het bestand waarop moet worden begonnen met schrijven.

Variabele: Naam van de variabele die naar het bestand moet worden geschreven.

Opmerking voor relationele bestanden: Als de inhoud van deze variabele niet overeenstemt met de lengte van een record zoals die gespecificeerd is in de Len-variable van de Open-insstructie, wordt de ruimte vanaf het einde van de nieuw geschreven gegevens tot de volgende record gevuld met de bestaande gegevens in het bestand.

Attentie voor binaire bestanden: De inhoud van de variabelen wordt geschreven naar de gespecificeerde positie en de bestandaanwijzer wordt direct na de laatste byte ingesteld, zonder enige ruimte tussen de records.

Voorbeeld:

Sub ExampleRandomAccess

Dim iNumber As Integer

Dim sTekst As Variant ' Moet een type variant zijn

Dim aFile As String

    aFile = "c:\data.txt"

    iNumber = Freefile

    Open aFile For Random As #iNumber Len=32

    Seek #iNumber,1 ' Positie waar begonnen wordt met schrijven

    Put #iGetal,, "Dit is de eerste regel tekst" ' Vult regel met tekst

    Put #iGetal,, "Dit is de tweede regel tekst"

    Put #iGetal,, "Dit is de derde regel tekst"

    Seek #iNumber,2

    Get #iNumber,,sText

    Print sText

    Close #iNumber

    iNumber = Freefile

    Open aFile For Random As #iNumber Len=32

    Get #iNumber,2,sText

    Put #iGetal,,"Dit is een nieuwe tekst"

    Get #iNumber,1,sText

    Get #iNumber,2,sText

    Put #iGetal,20,"Dit is de tekst in record 20"

    Print Lof(#iNumber)

    Close #iNumber

End Sub