Gebeurtenis gestuurde macro's

In deze sectie wordt beschreven hoe u BASIC-programma's aan programmagebeurtenissen toewijst.

U kunt een macro automatisch laten uitvoeren wanneer er zich een gespecificeerde softwaregebeurtenis voordoet, door de gewenste macro aan de gebeurtenis toe te voegen. De volgende tabel biedt een overzicht van programmagebeurtenissen en toont op welk punt een toegewezen macro wordt uitgevoerd.

Gebeurtenis

Er wordt een toegewezen macro uitgevoerd...

Programma starten

... nadat een LibreOffice-toepassing gestart is.

Programma sluiten

...voordat een LibreOffice-toepassing beëindigd wordt.

Document maken

...nadat er een nieuw document is gemaakt via Bestand - Nieuw of via het pictogram Nieuw.

Document openen

...nadat een document geopend is via Bestand - Openen of via het pictogram Openen.

Document opslaan als

...voordat een document onder een gespecificeerde naam wordt opgeslagen (via Bestand - Opslaan als of Bestand - Opslaan of via het pictogram Opslaan, als er nog geen documentnaam gespecificeerd is).

Document is opgeslagen als

... nadat een document onder een gespecificeerde naam is opgeslagen (via Bestand - Opslaan als of Bestand - Opslaan of via het pictogram Opslaan, als er nog geen documentnaam gespecificeerd is).

Document opslaan

...voordat een document wordt opgeslagen via Bestand - Opslaan of het pictogram Opslaan, mits er al een documentnaam is gespecificeerd.

Document is opgeslagen

...nadat een document is opgeslagen via Bestand - Opslaan of het pictogram Opslaan, mits er al een documentnaam is gespecificeerd.

Document wordt gesloten

...voordat een document gesloten wordt.

Document gesloten

...nadat een document gesloten is. De gebeurtenis Document opslaan kan zich ook voordoen wanneer een document wordt opgeslagen voordat het wordt gesloten.

Document activeren

...nadat een document naar de voorgrond gebracht is.

Document deactiveren

...nadat een ander document naar de voorgrond gebracht is.

Document afdrukken

...nadat het dialoogvenster Afdrukken is gesloten, maar voordat het eigenlijke afdrukproces begint.

JavaScript-runtimefout

...wanneer er een JavaScript-runtime-fout optreedt.

Standaardbrief afdrukken

...nadat het dialoogvenster Afdrukken is gesloten, maar voordat het eigenlijke afdrukproces begint. Deze gebeurtenis doet zich voor bij elk exemplaar dat afgedrukt wordt.

Wijziging van het aantal pagina's

...wanneer het aantal pagina's verandert.

Bericht ontvangen

...als er een bericht ontvangen is.


Een macro aan een gebeurtenis toewijzen

  1. Kies Extra - Aanpassen en klik op de tab Gebeurtenissen.

  2. Selecteer, in de keuzelijst Opslaan in, of u de toewijzing globaal geldig wilt laten zijn of alleen geldig voor het huidige document.

  3. Selecteer de gebeurtenis in de lijst Gebeurtenis.

  4. Klik op Macro en selecteer de macro die moet worden toegewezen aan de geselecteerde gebeurtenis.

  5. Klik op OK om de macro toe te wijzen.

  6. Klik op OK om het dialoogvenster te sluiten.

De toewijzing van een macro aan een gebeurtenis opheffen

  1. Kies Extra - Aanpassen en klik op de tab Gebeurtenissen.

  2. Selecteer of u een globale toewijzing of een slechts in het huidige document geldige toewijzing wilt verwijderen door de optie te selecteren in de keuzelijst Opslaan in.

  3. Selecteer de gebeurtenis die de toewijzing bevat die uit de lijst Gebeurtenis verwijderd moet worden.

  4. Klik op Verwijderen.

  5. Klik op OK om het dialoogvenster te sluiten.