Tekst verbergen
U kunt velden en secties gebruiken om tekst in uw document te verbergen of tonen als er aan een voorwaarde voldaan wordt.
Voordat u tekst kunt verbergen, moet u eerst een variabele maken die in de voorwaarde voor het verbergen van de tekst gebruikt moet worden.
Zo maakt u een variabele:
-
Klik in uw document en kies Invoegen - Velden - Meer velden.
-
Klik op de tab Variabelen en dan op 'Variabele instellen' in de lijst Type.
-
Klik op 'Algemeen' in de lijst Opmaak.
-
Typ een naam voor de variabele in het vak Verbergen.
, bijvoorbeeld -
Voer in het vak 1.
een waarde voor de variabele in, bijvoorbeeld -
Als u de variabele in uw document wilt verbergen, selecteert u Onzichtbaar.
-
Klik op
en .
Zo verbergt u tekst:
-
Klik in het document op de plaats waar u de tekst wilt toevoegen.
-
Kies Invoegen - Velden - Meer velden en klik op het tabblad Functies.
-
Klik op 'Verborgen tekst' in de lijst Type.
-
Voer een instructie in het vak Verbergen==1 in.
in. Wanneer u bijvoorbeeld de variabele gebruikt die u eerder hebt gedefinieerd, voert u -
Typ in het vak Verborgen tekst de tekst die u wilt verbergen.
-
Klik op
en .
Zo verbergt u een alinea:
-
Klik in de alinea op de plaats waar u de tekst wilt toevoegen.
-
Kies Invoegen - Velden - Meer velden en klik op het tabbladFuncties.
-
Klik op 'Verborgen alinea' in de lijst Type.
-
Voer een instructie in het vak Verbergen==1 in.
in. Wanneer u bijvoorbeeld de variabele gebruikt die u eerder hebt gedefinieerd, voert u -
Klik op
en .
U moet deze functie inschakelen door het vinkje weg te halen bij Beeld - Verborgen alinea's. Wanneer er een vinkje staat, kunt u geen alinea's verbergen. |
Zo verbergt u een sectie:
-
Selecteer de tekst die u in uw document wilt verbergen.
-
Kies Invoegen - Sectie.
-
In het gebied Verbergen==1 in.
kiest u het keuzevak , en voer dan een uitdrukking in het vak in. Wanneer u bijvoorbeeld de variabele gebruikt die u eerder hebt gedefinieerd, voert u -
Klik op
.